Vijf tips: van vastdenken naar vrijdenken.

vastdenken/vrijdenken

Ik zie het gebeuren tijdens de schilderlessen: vastdenken. Iemand vindt dat hij op een bepaalde manier moet schilderen en vindt dat het niet lukt. Daardoor krijgt hij geen streek meer op papier. Ook bij het onderzoeken van problemen komt vastdenken voor, waardoor je in je probleem vast komt te zitten. Je doorloopt steeds deze;fde stappen, zonder resultaat. Vastdenken kan leiden tot ontevredenheid, machteloosheid en uitzichtloosheid. Hoe kom je daar uit? Door vrij te denken, creatief denken.

Vastdenken

Vastdenken is hechten aan het oude vertrouwde. Dat wat je altijd doet. Vaak werkt dat prima, als je routine nodig hebt, maar juist daar waar je verandering nodig hebt, houd het je tegen. Je kunt immers niets veranderen, als je steeds hetzelfde doet!

Vijf tips voor vrijdenken

  1. Grenzen verleggen

Verandering ontstaat zodra je grenzen verlegt. je oordelen en overtuigingen onderzoekt op waarheid: klopt het wel wat ik denk? Dat vraagt een stuk bewustzijn, want immers dat wat je vastdenkt, vind je ook logisch. Zo logisch dat je er niet bij stil staat. Dus schrijf eens op wat je logisch en onveranderbaar vindt. Je zult versteld staan.

Enkele voorbeelden van vast-denken:

  • “De kleur van de zon is geel.” Weet je het zeker? Waarom niet blauw of rood?
  • “Mijn schilderij moet lijken” Waarom zou het?
  • “Een blocnote is vierkant of rechthoekig.” Waarom geen andere vorm?
  • “Na-apen is niet origineel. Dat doe je niet.” Na-apen kan heel functioneel zijn, dus waarom doe je het niet?

Kortom, onderzoek wat je vanzelfsprekend vindt (het vastdenken) en zet daar een vraagteken bij. Achter dat oordeel liggen ongekende mogelijkheden!

  1. Fouten maken

Fouten maken, is iets waar veel mensen bang voor zijn geworden. Als klein kind maakten we geen fouten. We ontdekten al doende wat wel en niet werkte. De zon kan prima blauw. Maar toen we ontdekten dat mensen je konden uitlachen, je slechte cijfers kon krijgen en je “minder waard was” als je fouten maakte, werden we fouten-schuw. Daarmee remden we onze natuurlijke onderzoeksdrift. Want stel je voor dat het fout gaat. Nee liever alles volgens het bekende paadje. Dan kan er niks fout gaan. Maar ja, dan kan er ook niets vernieuwen, zich ontwikkelen. Is dat niet een grote fout? Noem je de fout anders en er ontstaat een ander beeld: mogelijkheid, tussenstap, voorzet, prototype, hersenspinsel etc. Kies iets wat bij jou past en ga fouten maken!

  1. Mogelijkheden onderzoeken

Inherent daaraan is dat je mogelijkheden gaat onderzoeken. Speel weer als een kind! Al doende kan je leren, ontdekken, ervaren. Oefen in dingen waar je weinig in te verliezen hebt. Een schilderij (al is dat soms wel een belangrijk ding! En daardoor heel moeilijk om mee te spelen!), tuinieren, kleding passen, op zes manieren schommelen. En luister naar welke dingen je aan jezelf verteld waarom dit stom is, je het beter niet kunt doen etc. Dat is het vastdenken was je mag loslaten. Door ondanks wat je denkt, het toch te doen!

  1. Ga niet direct naar de oplossing

Efficiënt als we zijn, willen we graag direct een passende oplossing. Daarmee vergeten we iets belangrijks: zodra er een oplossing is, zoeken we niet verder. Terwijl er misschien, iets verderop, een prachtige oplossing ligt! Verzamel dus oplossingen, mogelijkheden. Ga daarna pas kiezen. Of maak rustig vijf lelijke schilderijen, opdat er mogelijk een zesde schilderij kan ontstaan, waarin iets nieuws vormgegeven wordt, waar je blij van wordt.

  1. Maak van je nieuwe oplossing geen vast-denker!

En dan heb je die mooie oplossing gevonden. Je bent er helemaal blij mee. Pas op voor de valkuil. Voor je het weet, neemt het plaats in je vastdenk-routine. Dat wat eerst zo goed werkte, kan je na verloop van tijd blokkeren. Omdat je bedacht hebt dat het voortaan  zo moet. Gebruik je ervaring: hoe je op nieuwe oplossingen kwam. En ontdek hoe je daar nog meer mogelijkheden in kunt ontdekken. Welke variaties er zijn. Dan wordt je een vrijdenker.