Stap voor stap een mandala ontwerpen
Een mandala is een tekening in een cirkel, die je al doende laat ontstaan. Het fijne is dat je er niet over hoeft na te denken: je doet gewoon wat er in je opkomt en herhaalt dat net zo lang als fijn is. Daardoor is het heel ontspannend om te doen en is het resultaat verrassend.
Materialen
- Tekenpapier
- HB Potlood
- Kleurpotloden
- Eventueel: Passer, schoteltje of iets dergelijks en fineliner.
Werkwijze:
Teken uit de hand of met een passer of iets dergelijks een cirkel. In het voorbeeld is deze 6,5 cm breed, maar groter kan ook.
Stap 1:
Teken een lijn, die je fijn vindt. Je hoeft niet te weten wat het gaat worden. Volg je gevoel.
Stap 2:
Herhaal deze lijn 4 keer (je hebt nu dus vijf lijnen). Als je bij de cirkelrand komt, sluit je daar op aan. In eerste instantie teken je binnen de mandala.
Stap 3:
Herhaal stap 1 en 2 zo vaak als prettig is. Je kan zo zelfs je hele mandala vullen!
Stap 4:
Als er een nieuwe lijn in je opkomt teken je die en herhaal je die lijn vier keer. Blijf de cirkel vullen, op een manier die voor jou goed voelt. Het maakt niet uit of er een herkenbaar beeld ontstaat of dat het abstract blijft. Richt je op dat wat kloppend voor je voelt.
Stap 5:
Op het laatst wilde er een zon getekend worden en heb ik het herhalingspatroon los gelaten. Je gevoel volgen is belangrijker dan regels volgen.
Stap 6:
Kleur je mandala in. Je kan spelen met kleur gradiënten, afwisselende kleuren en wel of niet kleuren. Bij grotere mandala’s kan je ook spelen met structuren, zoals stippen, strepen, kruisjes.
Stap 7:
Trek, als je dat mooi vindt, met een fineliner de potloodlijnen over. Soms gaat daar iets mis, omdat je de lijnen niet goed meer ziet. Ga niets verbeteren, maar laat het gewoon staan. Het hoort erbij!
Tip: als je de potloodtekening kopieert, heb je kleurplaten! Ontdek hoe iedereen zo’n tekening op een andere manier uitwerkt.
Veel plezier met deze mandala.